Naar een veilige en sociale wielervereniging RETO
RETO wil een veilige vereniging zijn, waar iedereen met plezier bezig is met de wielersport. Ongewenst, grensoverschrijdend gedrag tolereren wij niet binnen onze vereniging. RETO wil actief werken aan de bewustwording bij sporters, begeleiders, trainers en ouders/verzorgers op dit vlak. RETO moet namelijk een ontmoetingsplaats zijn en blijven waar sporters gezamenlijk met plezier
en voldoening kunnen sporten.
In het kort betekent dit het volgende voor iedereen die betrokken is bij RETO:
o We tellen allemaal mee
o We respecteren dat mensen verschillend zijn o We zijn zuinig op andermans en eigen spullen
o We laten gedrag zien wat we zelf als prettig ervaren
o We respecteren elkaars grenzen, dus niet te dichtbij en handen thuis
o We zorgen voor elkaar, ook als het lastig is
Hieronder werken wij onze regels en ons beleid verder uit.
Wat is ongewenst, grensoverschrijdend gedrag?
Met grensoverschrijdend gedrag bedoelen we omgangsvormen die door de persoon die het ondergaat als gedwongen en/of ongewenst wordt ervaren. Grensoverschrijdend gedrag in de sport is elke vorm van gedrag of toenadering, in verbale, non verbale, digitale of fysieke zin, die:
– door de persoon die het ondergaat als gedwongen en/of ongewenst wordt ervaren, en/of
– als doel of gevolg heeft de waardigheid van de persoon aan te tasten én
– plaatsvindt onder omstandigheden die rechtstreeks verband houden met het beoefenen van de sport waar de spelregels/reglementen niet in voorzien.
Wanneer we het hebben over grensoverschrijdend gedrag is de ervaring van de persoon leidend. Dit wil zeggen dat wanneer een sporter zegt ongewenst gedrag te ervaren deze uiting serieus genomen moet worden.
Voorzorgsmaatregelen binnen wielervereniging RETO
WV RETO neemt de nodige voorzorgsmaatregelen om grensoverschrijdend gedrag binnen de vereniging te voorkomen. De voorzorgsmaatregelen bestaan uit:
1. Omgangsregels voor leden
2. Gedragsregels voor trainers en begeleiders
3. Verklaring omtrent gedrag voor trainers en begeleiders van minderjarige sporters
4. Screening nieuwe trainers en begeleiders
5. Vertrouwenscontactpersonen aangesteld
Omgangsregels leden
WV RETO verwacht dat de leden elkaar met respect benaderen en grensoverschrijdend gedrag wordt niet getolereerd. Om hier richting aan te geven zijn de volgende omgangsregels voor leden opgesteld:
1. Accepteer en respecteer de ander zoals hij is en discrimineer niet. Iedereen telt mee binnen de vereniging. 2. Houd rekening met de grenzen die de ander aangeeft.
3. Val de ander niet lastig.
4. Berokken de ander geen schade.
5. Maak op geen enkele wijze misbruik van je machtspositie.
6. Scheld niet en maak geen gemene grappen of opmerkingen over anderen.
7. Negeer de ander niet.
8. Doe niet mee aan pesten, uitlachen of roddelen.
9. Vecht niet, gebruik geen geweld, bedreig de ander niet, neem geen wapens mee.
10. Kom niet ongewenst te dichtbij en raak de ander niet tegen zijn of haar wil aan.
11. Geef de ander geen ongewenste seksueel getinte aandacht.
12. Stel geen ongepaste vragen en maak geen ongewenste opmerkingen over iemands persoonlijk leven of uiterlijk.
13. Als iemand je hindert of lastig valt, vraag hem/haar hiermee te stoppen. Als dat niet helpt, vraag dan een ander om hulp.
14. Help elkaar om zich ook aan deze afspraken te houden en spreek degene die zich daar niet aan houdt erop aan en meldt dit zo nodig bij het bestuur of de
vertouwenscontactpersoon.
15. Bovenstaande regels gelden ook bij communicatie via social media zoals Facebook, Whatsapp en Twitter.
Gedragsregels voor trainers en begeleiders
De omgangsregels kunnen gezien worden als algemene uitgangspunten voor gedrag. Daarnaast zijn er voor trainers en begeleiders (verder in de tekst begeleiders genoemd) gedragsregels opgesteld omtrent de omgang tussen begeleider en sporter. De gedragsregels geven aan waar de grenzen liggen in het contact tussen begeleider en sporter. Als een of meerdere gedragsregels
overtreden wordt dan zal het bestuur ingrijpen en de nodige maatregelen treffen.
1. De begeleider moet zorgen voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de sporter zich veilig kan voelen.
2. De begeleider onthoudt zich ervan de sporter te bejegenen op een wijze die de sporter in zijn waardigheid aantast, én verder in het privéleven van de sporter door te dringen dan nodig is in het kader van de sportbeoefening.
3. De begeleider onthoudt zich van elke vorm van (machts)misbruik of Seksuele
Intimidatie tegenover de sporter.
4. Seksuele handelingen en seksuele relaties tussen de begeleider en de jeugdige sporter tot zestien jaar zijn onder geen beding geoorloofd en worden beschouwd als seksueel misbruik.
5. De begeleider mag de sporter niet op een zodanige wijze aanraken dat de sporter en/of de begeleider deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel of erotisch van aard zal ervaren, zoals doorgaans het geval zal zijn bij het doelbewust (doen) aanraken van geslachtsdelen, billen en borsten.
6. De begeleider onthoudt zich van (verbale) seksueel getinte intimiteiten via welk
communicatiemiddel dan ook. 7. De begeleider zal tijdens training(sstages), wedstrijden en reizen gereserveerd en met respect omgaan met de sporter en met de ruimte waarin de sporter zich bevindt, zoals de kleedkamer of de hotelkamer. Indien nodig worden per activiteit nadere regels gesteld. De regels worden voorafgaande aan de activiteit aan de deelnemers en ouders bekend gemaakt.
8. De begeleider heeft de plicht – voor zover in zijn vermogen ligt – de sporter te
beschermen tegen schade en (machts)misbruik als gevolg van Seksuele Intimidatie. Daar waar bekend of geregeld is wie de belangen van de (jeugdige) sporter behartigt, is de begeleider verplicht met deze personen of instanties samen te werken, opdat zij hun werk goed kunnen uitoefenen.
9. De begeleider zal de sporter geen (im)materiële vergoedingen geven met de kennelijke bedoeling tegenprestaties te vragen. Ook de begeleider aanvaardt geen financiële beloning of geschenken van de sporter die in onevenredige verhouding tot de gebruikelijke dan wel afgesproken honorering staan.
10. De begeleider zal er actief op toezien dat deze regels worden nageleefd door iedereen die bij de sporter is betrokken. Indien de begeleider gedrag signaleert dat niet in overeenstemming is met deze gedragsregels zal hij de daartoe noodzakelijke actie(s) ondernemen.
11. In die gevallen waarin de gedragsregels niet (direct) voorzien, ligt het binnen de
verantwoordelijkheid van de begeleider in de geest hiervan te handelen.